* 3 februari 1918 - † 28 februari 2014
Janny van Wolferen werd geboren in Charlois onder de rook van Rotterdam. Reeds als kind ontwikkelde ze praktische en creatieve vaardigheden, met name op het gebied van kleding: van ontwerp tot en met de afwerking: ze had het allemaal in haar vingers. Met haar geliefde Jan verhuisde ze in 1952 naar Winsum; Jan werkte op het postkantoor, Janny werd later conciërge op het gemeentehuis, waar de familie ook ging wonen.
Hun dochter Elsa groeide op in een warme en liefdevolle omgeving. Jan en Janny waren echte levensgenieters. Reizend en dansend ging hun weg door het leven. Dat laatste kwam overigens meer bij Jan vandaan dan bij haar; zij was meer in de plooi, met een groot gevoel voor wat wel en niet hoorde. Maar ze liet zich er door meenemen, en genoot ervan. Wat was het een verlies toen ze Jan moest missen. Het leven verloor z'n glans, en na de tijd van dansen brak de tijd aan van rouwen. Ze miste hem enorm. Ook de praktische dingen die haar leven altijd invulling gaven kon ze steeds minder. Toch waagde ze in 2010 nog de oversteek naar Schotland voor het huwelijk van haar kleinzoon, Bas-Jan, met Kate McFarlane, in gezelschap van Elsa, Koos, en Johan.
Maar wat miste ze Jan, juist op zo'n moment. Haar leven was anders geworden door het verlies van Jan, een aantal tia's, en een langzaam voortschrijdende dementie. Ze had het geluk dat Koos en Elsa haar liefdevol opnamen, een taak die niet altijd even eenvoudig was. Daarom was het goed dat ze op zeker moment naar de Twaalfhoven ging. Daar kreeg ze de zorg die ze thuis niet meer kon krijgen.
Het was, alweer, een grote verandering. Ze had door dat ze dingen kwijt was: "ik ben alles kwijt", zei ze steeds. De laatste keer dat ik haar zag, was ze rustiger, zag ik overgave en mildheid, dankbaarheid. Het contact werd steeds eenvoudiger: een hand vasthouden, gewoon maar wat praten, een gebed tot slot.
Die laatste jaren mogen echter niet het zicht verduisteren op het lange, lange leven dat ze in geluk en goede gezondheid heeft geleid, waarbij ze er altijd was, voor Elsa, Koos en de jongens. Liefde en zorgzaamheid was de rode draad door haar leven. Boven de rouwkaart (en op de grafsteen) staat: "Het leven is eeuwig, en liefde onsterfelijk, en dood is slechts een horizon, en niets anders dan de beperking van ons zien." We mogen geloven dat zij zelf nu over de horizon van de dood heen kan kijken, en zien van aangezicht tot aangezicht.
Ds. Ignace Frénay